Bureaucratie, ook hier

18 July 2018, 14:00 uur
Columns
mainImage
Digitaal Dagblad
Afbeelding is niet meer beschikbaar

Papierwerk. Wie kent het niet. In de Oekraïne zijn ze er dol op. Nog een gecompliceerd overblijfsel uit de donkere Oostblok-jaren. Om een simpel abonnementje bij de plaatselijke sportclub af te sluiten, moet ik zes kopieën ondertekenen in alle kleuren van de regenboog. Niet verwonderlijk dus dat er op elke straathoek in Kiev wel een notaris is te vinden. Want met de bureaucratie weten ze hier wel raad. Maar Nederland wast haar handen niet geheel in onschuld, zo spreek ik uit eigen ervaring.

Enige tijd geleden zat ik tijdens een bezoekje aan Nederland in mijn gehuurde auto te bellen. Eerst nog met mijn ‘oortjes’ in, maar op één of andere manier kraakte het van jewelste. Ik had net een geestig gesprekje met een goede vriendin, dus trok ik de oortjes eruit en lachte vrolijk verder. Dat lachen verging me snel toen een politiebusje rakelings voor mij opdook en de neonletters duidelijk zichtbaar waren met de tekst: “Volg mij”. Ik gooide mijn haar nog even naar achter voordat ik, met mijn meest vriendelijke glimlach, uitstapte op een troosteloze parkeerplaats. Ik trof twee redelijk sympathieke agenten die mij, zo bleek later, al een tijdje hadden gevolgd. Van ontkenning kon dus geen sprake zijn. Ik wees nog wel even naar de oortjes die goedbedoeld naast me lagen, maar dáár hadden zij helaas geen oren naar. We maakten nog een grapje hier en daar over mijn huurauto, het wonen in het buitenland en de Nederlandse mentaliteit, maar toen kwam tóch de bekeuring. Op mijn uitdrukkelijke verzoek vroeg ik deze te sturen naar mijn Haagse pied-a-terre zodat ik deze tijdig zou vinden. De verbalisant deed braaf wat ik hem vroeg, zonder commentaar.

Maanden later, ik had de bon nooit gekregen, was ik ervan overtuigd dat die ‘aardige mannen’ hun hand over hun hart hadden gestreken. Weer gingen er maanden voorbij en inmiddels was ik op een nieuw Haags adres officieel ingeschreven. Nog geen dag later kreeg ik, tot mijn stomme verbazing, een griezelig uitziende brief van het Ministerie van Justitie die mij mijn rijbewijs zou innemen als ik niet binnen de gestelde termijn - dit was de volgende dag - mijn boete met drie (!) verhogingen zou betalen. Een aanzienlijk bedrag dus. En alle keren was de boete naar een ander adres gestuurd dan ik expliciet had verzocht en opgegeven. Een genoemde link in de begeleidende brief, die ik woedend probeerde te openen, was niet meer functioneel aangezien de tijd van reageren voorbij was. Restte mij niets anders dan dit belachelijk hoge bedrag eerst te betalen en mijn bezwaar schriftelijk (dus niets digitaal, maar gewoon papierwerk met enveloppe en postzegel) toe te lichten.

Ik liet het er niet bij zitten. Na véle brieven, kopieën en nog eens kopieën en oneindig veel tijd, kwam mijn bezwaar uiteindelijk terecht bij een zitting van de kantonrechter in Dordrecht. Of all places. Op een druilerige maandagmorgen om 09.45 uur. Maar ik wás er. Zo ook een afgevaardigde van het OM. En een blonde, humorloze, streng kijkende vrouwelijke rechter.

Enfin, Vrouwe Justitia was me wél gunstig gezind en ik kreeg uiteindelijk gelijk. Met opgeheven hoofd verliet ik de karig ingerichte rechtszaal.

Bureaucratie, soms kom je eronder uit.