Het ministerie van Justitie heeft de Koerdische autoriteiten verzocht om drie vrouwelijke Nederlandse Syriëgangers te laten vertrekken uit hun kampen zodat ze in Nederland kunnen worden berecht. Aanleiding hiervoor zijn gerechtelijke bevelen die zijn uitgevaardigd voor het drietal, bevestigde een woordvoerder van het ministerie in Den Haag. Bij een van de vrouwen gaat het om een bevel tot gevangenneming en bij de twee anderen om internationale arrestatiebevelen. De rechtbank en het Openbaar Ministerie (OM) willen dat ze in Nederland hun rechtszaak kunnen bijwonen.

Het kabinetsbeleid is dat Nederlandse Syriëgangers geen actieve hulp krijgen van de overheid om terug keren. En dat blijft zo volgens het departement. Ze worden dus niet opgehaald uit onveilig gebied, licht een woordvoerder toe. De gedachte is dat betrokkenen na hun vrijlating uit de kampen naar Turkije gaan en zich zelf melden bij een Nederlandse post. Daarna kunnen ze onder begeleiding naar Nederland terugkeren, waarna ze direct worden aangehouden.

Het OM wil dat alle Syriëgangers, mannen en vrouwen, in Nederland worden vervolgd. "De hoop is dat de Koerden meewerken aan hun vertrek'', aldus een woordvoerder. Het OM had het bevel tot gevangenneming begin dit jaar al op het departement in Den Haag neergelegd voor een toen hoogzwangere vrouw. Daarop gebeurde er niet veel, tot ergernis van haar advocaat, die hoopte haar zo in Nederland te kunnen krijgen. Overigens worden tegen alle 'erkende' Syriëgangers arrestatiebevelen uitgevaardigd. Bij de twee betrokken vrouwen waren hun rechtszaken al aanhangig gemaakt. Berechting gebeurt nu ook vaak bij verstek, als niet bekend is waar de verdachten zijn. In het strijdgebied zitten tientallen Nederlandse vrouwen, vaak met hun kinderen, vast in kampen van de Koerden. Ze willen zelf graag terug naar Nederland. Ook de Koerden hebben al aangegeven dat ze het liefst af willen van de Nederlanders.

(bron: ANP)