Werk van beeldend kunstenaars Stanley Brouwn (1935-2017), Remy Jungerman (1959) en Iris Kensmil (1970) gaat samen de Nederlandse inzending vormen voor de tweejaarlijkse beeldende kunsttentoonstelling in Venetië, de Biënnale, van 2019. Benno Tempel, de directeur van het Gemeentemuseum in Den Haag, stelt de expositie samen. De inzending krijgt als titel The Measurement of Presence: Body, Spirit, History, meldt het verantwoordelijke Mondriaan Fonds. De presentatie moet nieuwe perspectieven bieden op het begrip nationale identiteit.

"Tempel brengt het werk van de drie kunstenaars samen omdat zij ons ieder vanuit hun artistieke praktijk op een andere manier naar de wereld laten kijken," zegt het fonds. "Wat deze kunstenaars gemeen hebben gaat niet zozeer over hun Surinaamse afkomst, maar vooral over de inspiratie die zij vinden in het modernisme en de avant-garde van de vorige eeuw." Die combineren zij in hun werk met elementen uit andere tradities.

Centraal in de tentoonstelling staan conceptuele werken van de vorig jaar overleden Brouwn, die zijn naam met kleine letters schreef (dat moet hij vooral zelf weten, maar wij doen er niet aan mee, red.), en aan wie de presentatie ook een eerbetoon is. "Zijn werk is een inspiratie voor nieuwe generaties kunstenaars, onder wie Kensmil en Jungerman," aldus het fonds. Jungerman gebruikt verwijzingen naar de De Stijl, ontwerpen van de Marron uit Suriname en rituelen van de Winti-religie. Kensmil zal voor Venetië een installatie maken van portretten geïnspireerd op het werk kunstenaars als Mondriaan en Malevich. Met The Black Archives, het archief waarin de geschiedenis van zwarte Nederlanders wordt verzameld, zal zij onderzoek doen naar zwarte vrouwen die zich als schrijver, activist of kunstenaar inzetten voor hun idealen. De jury selecteerde het plan van Benno Tempel uit zeventig voorstellen.

(bron: ANP)