Altijd maar naar de ander wijzen

3 May 2018, 19:00 uur
Columns
mainImage
Digitaal Dagblad
Afbeelding is niet meer beschikbaar

De Nederlander wil tegenwoordig overal over meepraten en dat vaak en ongeremd, zeker als dat via de moderne communicatiemiddelen gaat. De vrijheid van meningsuiting is immers ons troetelkind, misschien wel onze grootste verworvenheid, zo denken we massaal. Niet gehinderd door kennis van zaken, geen benul van achtergronden, geen nuance, radicaal in ons oordeel.

Gooi het er maar uit.
Laat ze het maar weten.

De afrekencultuur viert daarbij hoogtij. Het houdt maar niet op. De meest recente aanvallen zijn gericht op Dodenherdenking op 4 mei, niets is meer heilig.

Onszelf de spiegel voorhouden is er niet bij. Wij wijzen altijd maar naar die ander.

In die context krijg ik toch moeite met de nieuwste voorstellen van onze minister van Onderwijs, de heer Slob. Hij wil de ouders inspraak/medezeggenschap, ja zelfs misschien beslissingsbevoegdheid geven inzake de groepssamenstelling c.q. groepsgrootte van hun school.

De medezeggenschap is in het onderwijs al jaren een ingeburgerd begrip.

In de Medezeggenschapsraad hebben ouders en leerkrachten zitting. Dat instituut is met name geschikt om inspraak gestalte te geven. Daar vindt een uitwisseling van argumenten plaats en wordt een evenwichtig advies uitgebracht aan de schoolleiding en/of het bestuur.

Ouders zitten in die raad als vertegenwoordiger van alle ouders en dienen als zodanig te handelen. Als het heel spannend wordt, komt het wel eens voor dat het eigen belang op gespannen voet staat met het algemeen belang. Dan is het goed dat de Medezeggenschapsraad een gemengde samenstelling kent.

Wat mij betreft is de inspraak van ouders met betrekking tot de groepsgrootte voldoende geregeld in de huidige wetgeving. Krijgen de ouders hierin beslissingsbevoegdheid dan loopt men het gevaar dat de oude wijsheid van toepassing wordt: “Inspraak zonder inzicht leidt tot uitspraak zonder uitzicht”.

Daarbij wordt er weer een deur geopend voor externen. Naast de vaak verkeerd gerichte bemoeizucht van de politiek (bezuiniging) wordt er nu misschien door de ouders een voet tussen de onderwijsdeur gezet.

Laat duidelijk zijn, ik ben een groot voorstander van een open communicatie tussen school en ouders. Die communicatie is naar mijn idee op het vlak van de individuele leerling onontbeerlijk voor een goede schoolloopbaan.

Maar het ligt anders waar het gaat om het schoolklimaat, de werkwijze, de pedagogische en didactische uitgangspunten. Dat zijn zaken die op professionele basis gestalte moeten krijgen. Daar moet je, zo gezegd, voor geleerd hebben.

Geef daarom het onderwijs weer terug aan de professionals. Zij weten uit eigen ervaring welke onderwijskundige wegen het beste bewandeld moeten worden. Laat het onderwijs zelf  leidend zijn.

Geef ze dat vertrouwen!

Jan Steigenga is gepensioneerd directeur van een basisschool