Het voetbal evolueert, dat is goed nieuws. Regelmatig komen er aanpassingen van de spelregels en die werken vaak positief. Dat een keeper een terugspeelbal niet meer mag oprapen bijvoorbeeld, want dan blijft de vaart in het spel. Of de rode kaart wanneer de laatste verdediger een doorgebroken aanvaller wil ontdoen van een knieschijf naar keuze. In een wedstrijd maximaal vijf spelers vervangen, ook niet verkeerd. Hulde dus voor de bedaagde bureaucraatjes in Zürich, Nyon en Zeist. Nu nog de buitenspelregel afschaffen, de ingooi veranderen in een intrap en drie corners pinantie, en we zijn helemaal tevreden.

Er is ook minder goed nieuws. Sinds de jaren ‘70 is het aantal voetbalclubs in Nederland gehalveerd, afgerond van 5.000 naar 2.500. Dat is zorgelijk. Maar interesseert de KNVB ogenschijnlijk niets. Het aantal officieel bij de Bond ingeschreven leden is namelijk in diezelfde periode gegroeid van 1.0 naar 1.2 miljoen. Twintig procent meer voetballers bij een gehalveerde hoeveelheid clubs. Geen logische correlatie dus tussen die aantallen. Sterker, er is tussen beide entiteiten een omgekeerd evenredig verband, rara hoe kan dat. Zit mindfucker Victor Mids misschien in het complot?

Aan de daling van het aantal verenigingen komt voorlopig geen einde, gezien de vele bedreigingen. Zo zijn er steeds meer mogelijkheden om de vrije tijd te besteden. Contributies en voetbalkleding lopen behoorlijk in de papieren. Nieuwe Nederlanders hebben niet allemaal hetzelfde verenigingsgevoel als wij. Bovendien worden de vaste lasten voor clubs er niet lager op, mede door een groeiend gebrek aan vrijwilligers.

Terwijl je daarom mag verwachten dat het verenigingsleven zoveel mogelijk wordt gestimuleerd, vooral door de overheid, kwam er onlangs uit onverwachte hoek nog een bedreiging bij. Maarten van Ooijen, tot zolang het duurt Staatssecretaris van Volksgezondheid, wil Nederland een alcoholslot opleggen. Ook in sportkantines. Daar moet volgens hem alle sterke drank tot op de laatste druppel uit verdwijnen. Die inkomstenbron, die veel clubs nog op de been houdt, droogt als het aan Van Ooijen ligt dus op.

Iedereen heeft recht op een hobby en wie gelooft dat God of Allah echt bestaat, mag dat zelf weten. Maar als je anderen vanuit een machtspositie je geloof wilt opleggen, ben je een serieus gevaar. Gij zult in de kantine geen bier drinken. Waarop baseert Van Ooijens zijn anti-alcoholplan in hemelsnaam. Is hij zelf vaak dronken geweest, heeft hij daar spijt van en wil hij ons beschermen tegen drankdemonen? Zijn betutteling en het inperken van vrijheden de nieuwe stokpaarden van zijn partijtje? Of is hij gewoon een sympathieke romanticus die het beste met ons voor heeft en terugverlangt naar de onschuld van vroeger?

Ja, vroeger, weet je nog, Maarten? Toen had je in de voetbalkantine koffie en thee. Met een pennywafel, kano, roze of gevulde koek. Na afloop van de wedstrijd was er een flesje Exota en een zakje chips, waarin een los zakje zout zat. Later kwamen Coca-Cola, Hero en Seven-up. Pakje Bazooka Joe erbij. Trekdrop, Verkade reep en een spekkie. Mooie tijden.

En opeens, ja, je hebt gelijk, verdomd, toen gebeurde het. Als je club een vergunning had, kon je een flesje Heineken’s bier – Het meest getapt, dat heerlijke bier waar je graag in hapt – of Oranjeboom kopen. Ook het pijpje oud bruin deed z’n intrede, net als het borreltje. En voor de dames was er een Tip van Bootz, citroentje met suiker, sherry of Vermouth.

Toen is het begonnen, Maarten, je hebt het goed gezien, toen is de duivel mee gaan spelen in ons voetbal. En dat is uit de hand gelopen, in alle kantines zijn er tegenwoordig doordeweeks en in het weekend bacchanalen. Vaak tot middernacht en met zo’n leuk zangertje erbij. Bloedgezellig, dat zal best. Maar met drank. En dat is zondig. Dat een biertje voor veel clubs de basis is om te kunnen overleven, daar heb je maling aan, en gelijk heb je. Jij hebt met je 33 jaar al zoveel levenservaring dat je dat goed kunt beoordelen. Jij, Maarten van Ooijen, een buitengewoon getalenteerde profeet binnen de ChristenUnie, gaat die totaal ontspoorde voetbalwereld eens een lesje leren. Proost!