Habemus Burgemeestram!

29 May 2020, 00:52 uur
Columns
mainImage

Wat een geweldige avond! Met familie en vrienden bijeen voor de buis. Totaal zestien man. Op Ziggozender 30, RTV West. Live vanaf kwart over negen. Niet uit het stadhuis, maar vanwege de anderhalve meter idioterie vanuit het ruimer bemeten Diligentia. Flesjes Hertog Jan, want die waren in de aanbieding. Witte en rode wijntjes. Stokbrood met smeerseltjes. Flinterdunne plakjes prosciutto. Je gehemelte prikkelende Franse kaasjes. En allemaal een velletje papier met vijf zelf bedachte namen. Want wie o wie zou het gaan worden, we hadden geen idee.

Het nerveuze gevoel van het Eurovisie Songfestival, dat hadden we op de avond dat de nieuwe burgemeester van Den Haag zou worden gekozen. Of nee, niet gekozen, was het maar waar. De avond waarop de nieuwe burgemeester achterkamertjesgewijs zou worden benoemd. Zou het weer een vrouw worden, ook zo’n vraag. In positief discriminerend Nederland is diversiteit tenslotte belangrijker dan kwaliteit.

Bij mijn tante stond Edith Schippers op het briefje. “Die verdient zes ton bij DSM en wil vast wel voor een kwart van dat geld burgemeester worden” lachte ze. “Ze gaan er een duo functie van maken, Rita Verdonk met Sylvana Simons” bracht een vriend in. “Anouk, want je moet op die positie wel je scheur kunnen opentrekken” vulde zijn vriendin aan. “Sarina Wiegman, die weet wat leiding geven is” opperde mijn neef.

En zo ging dat maar door, alsof Cornald Maas aan Jan Smit uitlegde wie de meeste kans maakte op de overwinning. Van Desi Bouterse (“Heeft binnenkort toch niks te doen”) tot Harry Jekkers (“Gaat er weer echt een mooie stad achter de duinen van maken”) en van Femke Halsema (“Is bijna klaar met haar missie alle autochtone Nederlanders uit 020 te verjagen”) tot Tommy Beugelsdijk (“In de raadsvergadering niet mee in discussie gaan, tenzij je scheendekkers draagt”), de namen en redenen werden steeds meliger. Tot de burgemeesters van Swiebertje en Sanders Meubelstad aan toe. Met als outsider Wim de Bie als burgemeester van Juinen.

Op een gegeven moment werden we toch serieus, het uur van de waarheid was bijna aangebroken. Wie ging het worden, wat voor type? Niet zo’n mispeer als Pauline Krikke. Niet zo’n saaimans als Johan Remkes. Op tv kwamen namen langs als Ronald Plasterk, Jan-Peter Balkenende, Lodewijk Dijsselbloem, Bert Koenders, Martin van Rijn en nog zo’n rijtje. Wie of hoe dan ook, het moest een man of vrouw worden met ballen.

Maar bovenal met een alles verzengende liefde voor de stad. Met een ooievaar als huisdier. Met groengeel bloed. Met kracht, inzet en een massieve ruggengraat. Met hersens, visie en overtuiging. Met het vermogen zichzelf weg te cijferen voor het belang van het collectief. En last but not least met kennis. Van veen en zand. Maar vooral van wat er allemaal in de mooiste, maar ook meest complexe stad van Nederland speelt.

En toen verscheen de witte rook. Habemus Burgemeestram! Het verlossende woord. De naam werd uit de verbale hoge hoed getrokken. Door de Vertrouwenscommissie geselecteerd. Gewogen en zwaar genoeg bevonden. Zijn naam stond bij ons op geen enkel briefje. Jan van Zanen. In Purmerend geboren en nu nog even vader van alle Utrechters.

Of de keuze juist is, zal moeten blijken. Ik heb er geen verstand van. The benefit of the doubt, en meer van die clichés. Maar was er nou echt geen kanjer te vinden met Haagse roots?