Hoe sexy is uw bedrijf?

27 August 2020, 19:40 uur
Columns
mainImage
gemeente den haag

“De Kazerne, dat zegt me niets”, sprak de nieuwe MKB wethouder Saskia Bruines in februari van dit jaar. De uitspraak van Bruines is veelzeggend, omdat het bedrijfsverzamelgebouw De Kazerne in Moerwijk al een aantal jaar een terugkerend punt op de agenda van de gemeenteraad is.

Zo ook weer aankomende week. De ondernemers van het ooit als tijdelijk bestempelde bedrijfsverzamelgebouw hangt al jaren een sloopkogel boven het hoofd. Elke keer worden de plannen uitgesteld, maar elke keer hebben ze te maken met hetzelfde probleem: als De Kazerne sluit, kunnen ze nergens anders geschikte bedrijfsruimte vinden.

Aan kleinschalige bedrijfsruimte is in Den Haag namelijk een groot tekort. Bijkomend probleem is dat de ondernemers in De Kazerne niet hip of sexy zijn. Het zijn niet de bedrijven waarmee we Den Haag internationaal op de kaart zullen zetten. Ze hebben een taxibedrijf, een autogarage, een beveiligingsbedrijf, een cateringbedrijf of een kleine handelsonderneming. Ze hebben geen circulair concept en hebben niet de ambitie om te voldoen aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de VN.

Het lijkt daarom wel of De Kazerne ergens onderaan het prioriteitenlijstje van het college bungelt: wethouder Bruines was na 4 maanden verantwoordelijk wethouder te zijn, nog niet in het dossier gedoken. Echter, De Kazerne voorziet wel in een belangrijke functie in Moerwijk. In de armste wijk van Den Haag kunnen startende ondernemers hier de stap van de eettafel naar een klein kantoor maken. Extra belangrijk nu dat door het Coronavirus gezinnen in kleine appartementen opgehokt zitten.

De sloopplannen voor De Kazerne zijn als gezegd al een keer of 5 uitgesteld. Elke keer krijgen de ondernemers op het nippertje te horen dat ze weer even verder mogen. Elke keer krijgen ze of een paar maanden, of een half jaar en een enkele keer een heel jaar verlenging. Elke keer wordt er door het college aangegeven dat dit echt de laatste keer zal zijn en dat er te weinig tijd is om ze een alternatief te bieden. Want dat is wat de ondernemers willen: eenzelfde soort locatie in de wijk, waar ze dichtbij huis hun boterham kunnen verdienen.

Uiteindelijk is het college de ondernemers natuurlijk niets verplicht. Als tijdelijke huurders hebben ze weinig rechten en ze zijn zelf verantwoordelijk voor hun eigen bedrijfsruimte. Maar toch kan ik het niet laten om erover na te denken hoe het eruit zou zien als het college de ondernemers van De Kazerne net zo zou behandelen als de hippere ondernemers waarmee het graag sier maakt. Als De Kazerne zichzelf zou “rebranden” - met een pakkende Engelse naam - zou Bruines dan wel oog hebben voor deze ondernemers?