Kan Rijswijk de Armada geen veilige haven bieden?

2 June 2022, 15:00 uur
Columns
mainImage

In mijn tijd als culinair journalist heb ik heel wat gastronomische evenementen in het land bezocht. Van Den Haag à la Carte op het Plein in de jaren tachtig (dat dankzij Den Haag Marketing al snel weer ter ziele ging) tot ’t Preuvenemint op het Vrijthof in Maastricht (dat dankzij gemeentelijke ondersteuning eind augustus alweer zijn 39ste editie beleeft). Restaurantweken, culinaire wandelingen, amuse-avonden, food-truck-festivals, walking diners en een eindeloze reeks culinaire gala’s heb ik voorbij zien komen.

Het leukste eetfestijn ontdekte ik pas vorig jaar: de Culinaire Armada op de Vliet bij Leidschendam-Voorburg. Het is een onderdeel - zeg maar gerust het hoogtepunt - van de Vlietdagen, een festijn op en rond het kanaal. Lekkerbekken uit de wijde omgeving varen - de strippenkaart in de hand - met hun bootje van het ene naar het andere toprestaurant. Aan de kade nemen de opvarenden een klein gerecht, al dan niet met een bijpassend glas wijn, in ontvangst. Genietend van het lekkers, genietend ook van de fraaie omgeving, dobbert men naar de volgende meesterkok. 

Die Culinaire Armada bestaat al een jaar of zes. Maar ik heb geen boot, geen kano, ja zelfs zelfs geen opblaas-vlot, dus ging dit ietwat elitaire evenement volledig aan mijn neus voorbij. Tot de organisatie op het lumineuze idee kwam een samenwerking met De Ooievaart aan te gaan. Voor 25 euro extra kon je jezelf een plek aan boord verwerven. Dat was een kolfje naar mijn hand, of moet ik in dit geval zeggen een spekkie voor mijn bekkie? Gewoon aan tafel in een fraaie overdekte salonboot met een schipper die ook nog allerhande leuke anekdotes en wetenswaardigheden te beste gaf. Wat een feest. 

Onder de indruk

Voor het eerst was ik eens onder de indruk hoe randgemeente Voorburg-Leidschendam de zaak voor elkaar had. In het grote Den Haag was Den Haag à la Carte al snel gesneuveld op de kosten. Want zo’n publieksevenement op een mooie locatie in de buitenlucht is heel leuk, maar er moet wel in krachtstroom, water,, mobiele keukens, tenten, tafels, stoelen, wc’s en wat al niet meer worden voorzien. Daar loop je financieel op leeg. En dan hebben we nog niet eens over de kosten van reclame, speciale muntjes, bewegwijzering, beveiliging, schoonmaak en de huur van mobiele pin-apparaten. 

Hoe kon het dat Leidschendam-Voorburg, dat in toeristisch/recreatief opzicht toch merendeels parasiteert op de culturele voorzieningen (musea, theaters en muziekzalen) van de grote buurman, dit topevenement jaar na jaar zo dik voor elkaar had? Het antwoord blijkt even simpel als verrassend: de gemeente deed er zelf nagenoeg niets aan. Ze betaalden een evenementen-organisator een X-bedrag en ze bekostigden langs die weg een tentje, een ponton, een tijdelijke WC en een vuilcontainer bij de halteplaatsen van de Armada. Al het andere werk - reclame, strippenkaarten verkopen, koken en opdienen - deden die zes deelnemende restaurants zelf.

Maar ineens is de VVD-wethouder Astrid van Eekelen van economie, recreatie en toerisme zich wèl met de Culinaire Armada gaan bemoeien. Nou ja, niet echt. Ze heeft gewoon besloten die paar grijpstuivers voor het evenement niet langer beschikbaar te stellen. Alleen noemen politici een dergelijke bezuiniging nooit bij de naam. In overleg met een communicatie-deskundige jokkebrokken ze dan in termen als “het herschikken van gelden” en “we gaan het anders doen”. Maar de praktijk is, dat de wethouder eerst 135.000 euro spandeerde aan de Vlietdagen - waarvan pakweg 15.000 voor de Armada - en ze nu twee winkeliersverenigingen elk 35.000 euro geeft.

De zes restaurateurs die de Armada elk jaar voor elkaar boksen, ontdekten onlangs bij toeval dat er ineens geen cent meer af kan voor het festijn; dat de gemeentelijke prioriteit nu bij twee winkeliersverenigingen ligt. Horeca-ondernemers lezen namelijk niet dagelijks gemeenteraadsstukken, die vertrouwen (ten onrechte) op het fatsoen van bestuurders. Ze wilden de benodigde vergunningen voor dit jaar aanvragen en kwamen er toen via een stamelende ambtenaar pas achter, dat ze op geen enkele ondersteuning van het stadhuis hoefden te rekenen. 

B-artiesten

Geen Culinaire Armada dus dit jaar. Voorburg-Leidschendam laat een uniek evenement vallen, opdat twee winkeliersverenigingen een braderie kunnen houden; u weet wel, dan zetten de middenstanders hun handel uit de winkel in een marktkraam op straat, een en ander muzikaal opgeluisterd door B-artiesten. 

Moeten we de Armada hiermee als definitief verslagen beschouwen? Ik realiseer me ineens dat ik vorig jaar voor mijn rondvaart moest opstappen bij de Geestbrug; niet aan de Voorburgse kant van het water, maar aan de Rijswijkse zijde. Dus wat weerhoudt die zes toprestaurants om eens met buurgemeente Rijswijk te gaan praten over een uniek culinair evenement in 2023. Armand van de Laar heet de wethouder van economie, city-marketing en toerisme aldaar. En hij is van D66, de partij die zichzelf altijd omschreef als Het Redelijk Alternatief. Dat lijkt me hier een heel toepasselijke wapenspreuk!