Op de barricade voor de koeien van Clingendael

26 July 2025, 10:11 uur
Columns
mainImage

Wandelen is niet echt mijn grootste hobby, maar als ik mezelf er weer eens toe dwing, dan loop ik door Clingendael. Dit prachtige landgoed, waar zich ook de wonderschone Japanse tuin bevindt, kent een rijke geschiedenis met als opmerkelijkste feit dat tijdens de Duitse bezetting Rijkscommissaris van Nederland Seyss-Inquart hier zijn intrek nam.

Ik kan er nooit rondlopen zonder even bij dit stukje nazi-geschiedenis stil te staan, maar liever verlustig ik mij aan het ultieme plattelandsgevoel dat zich hier aandient. Op hemelsbreed nog geen honderd meter van de drukke Van Alkemadelaan waan ik me ver van de grote stad en eigenlijk ook ver van de moderne tijd. Als je de schapen in de weilanden ziet grazen of de koeien bij een watertje hun dorst ziet lessen denk je dat je in een schilderij van Willem Maris, Anton Mauve of Jan Hendrik Weissenbruch terecht bent gekomen. 

Deze Haagse School-schilders trokken er tweede helft van de 19de eeuw met hun schetsboek op uit om in de directe omgeving het pastorale landelijke leven vast te leggen. In die tijd hoefden ze daar niet ver voor te lopen, maar vandaag de dag telt Den Haag nog welgeteld één boerderij aan de rand van de stad. Die van Marcel Kleijweg op het landgoed Clingendael; hij nam het bedrijf over van zijn vader die hier eind jaren zeventig begon. Daarvoor hadden opa en overgrootvader Kleijweg ook al boerderijen in het toen nog landelijke Mariahoeve.

Attractie 

De boerderij van Marcel Kleijweg is, net als de Japanse Tuin en de Theeschenkerij een op zichzelf staande attractie op landgoed Clingendael. De koeien en schapen leiden hier nog het leven zoals de Partij voor de Dieren dat het liefste in het hele land zou zien. Hier geen industriële megastal, geen beesten die zelden buiten komen, nauwelijks vers gras kunnen grazen, maar een kleinschalig agrarisch bedrijf waar het om de liefde voor het boeren draait.

Maar laat het nu uitgerekend wethouder Robert Barker van de Partij voor de Dieren zijn, die Marcel Kleijweg vanuit het niets ’t mes op de keel zet. Barker wil een deel van de weilanden inpikken (het pachtcontract niet verlengen) om ze ‘terug te geven aan de natuur’. En daarmee verdwijnt niet alleen die prachtige plattelandsbeleving uit landgoed Clingendael, maar wordt mogelijk de hele boerderij van Kleijweg de nek omgedraaid, omdat het bedrijf dan niet meer rendabel kan draaien.

Zeurpiet

Dit alles lijkt op gang gebracht door letterlijk één buurtbewoner, die klaagde over de mestgeur (en zich daarbij valselijk zou hebben voorgedaan als voorzitter van de wijkvereniging). Maar tegenover die ene zeurpiet, dient zich nu een storm van steunbetuigingen voor boer Kleijweg aan. Binnen een dag klommen meer dan 3000 mensen - veelal bewoners van Wassenaar en de wijken Marlot en Benoordenhout, maar ook Clingendael-fans van ver daarbuiten - op de barricade en ondertekenden een petitie om wethouder Robert Barker tot de orde te roepen.

Nu kan elke politicus wel een keertje blunderen. De kunst is hoe je je daar zonder al te veel kleerscheuren uit weet te redden. Misschien kan Barker zijn collega wethouder Saskia Bruinis om advies vragen, want die is daar met het verlies van Parkpop, Couperusmuseum, Pasar Malam, Literatuurmuseum en Escher Museum echt heel bedreven in geworden. 

Maar nu zo gaandeweg de gemeenteraadsverkiezingen in zicht beginnen te komen, is het waarschijnlijk beter om gewoon van dit beschamende plan af te zien. Marlot en Benoordenhout zijn bastions van de VVD, maar er zitten ook aardig wat sympathisanten van de Partij van de Dieren. Het zou hoogst pijnlijk zijn als die potentiële kiezers in maart volgend jaar allemaal afhaken vanwege wat koeien en schapen in Clingendael.