Stop met Den Haag Marketing!

25 March 2018, 14:31 uur
Columns
mainImage
Digitaal Dagblad
Afbeelding is niet meer beschikbaar

In Barcelona mogen geen nieuwe hotels meer worden gevestigd. Amsterdam wapent zich - door schade en schande wijs geworden - gaandeweg tegen de stroom cruise-passagiers, tegen de overlast van Airbnb, tegen de Nutella-wafelwinkels, de ijssalons en kaas-shops. Venetië is het grote schrikbeeld van elke stad die zich permanent in de picture van toeristen weet; een stad waar geen gewone winkels meer zijn, waar geen gewone mensen meer wonen.

We kenden in Nederland natuurlijk al schrikbeelden als Marken en Volendam, waar sinds de jaren vijftig de oorspronkelijke vissers een soort figuranten in een openluchtmuseum zijn geworden. Half Nederland heeft thuis een familiefoto waarbij het hele gezin is gestoken in Volendammer klederdracht, en is er dus ooit geweest. We zien hoe in Giethoorn colonnes van Japanners, Zuid-Koreanen en Chinezen met hun selfie-sticks door de tuinen van de laatste echte bewoners struinen.

’Ik heb het misschien wel een beetje te goed gedaan in Amsterdam’, grinnikte Frits Huffnagel onlangs op de netwerkborrel van de Haagse Smaakmakers. De goeroe van de city-marketing, zoals hij werd aangekondigd, heeft zijn promotionele vaardigheden ook nog een tijdje als wethouder op de Hofstad losgelaten. Vol enthousiasme. Want toeristen hebben een slaapplaats nodig, willen iets eten, op een terras zitten, ze rijden in taxi’s, bezoeken musea, kopen souvenirs etc. Toeristen zorgen kortom voor omzet en werkgelegenheid. Onder goeroe Frits bemoeide Den Haag Marketing zich steeds minder met zaken voor Hagenaars, maar werd de organisatie omgevormd om de stad nationaal en internationaal op de kaart te zetten. Buitenlandse journalisten werden uitgenodigd en gefêteerd om thuis uit te dragen wat voor moois de koninklijke residentie aan zee allemaal te bieden heeft. Er kwam een peperduur logo, er werden reclamecampagnes gevoerd en er werd zelfs gedroomd over een cruiseterminal om de concurrentie met Amsterdam en Rotterdam aan te gaan.

Gelukkig gebeurt in Den Haag alles altijd maar half, functioneert Den Haag Marketing als een clubje amateurs en hadden de opvolgende wethouders van city-marketing het wat minder in de vingers dan de jolige Frits. Dat was uiteraard niet de bedoeling, maar het heeft ons tot nu toe behoed voor een hoop ellende. Want alle toeristische inkomsten wegen niet op tegen de onherstelbare narigheid die het massatoerisme brengt. Venetië, Barcelona en Amsterdam zijn onleefbaar geworden. Voor zover er in onze hoofdstad nog buurtslagers, groenteboeren, ijzerwarenwinkels, kantoorboekhandels, poeliers en viswinkels bestaan, verkopen ze allemaal voornamelijk gekoelde flesjes water, frisdrank en voorverpakte, eeuwig vers blijvende sandwiches. Ze kunnen ook niet anders, want alle oorspronkelijke bewoners die hier normaliter hun inkopen deden, zijn naar Almere of Lelystad gevlucht. Hun vroegere woningen zijn Airbnb geworden of opgekocht door vastgoedjongens à la prins Bernhard junior.

De studenten die nu met vier, vijf man samen een 5-kamerwoning voor 3000 euro per maand in Amsterdam huren, ergeren zich onderwijl gek aan de rolkoffers en de idioten die voor het eerst in hun leven op een OV-huurfiets rondzwalken. De Wallen zijn een kermisattractie geworden voor hordes dronken Engelsen waarbij vergeleken de drukte in Disneyland Parijs kinderspel is. De maatregelen die Amsterdam inmiddels neemt, komen te laat. Te lang heeft men het toeristische monster gefaciliteerd. En als een niet te stuiten gezwel infecteert het inmiddels steden als Utrecht, Leiden en gaandeweg ook Rotterdam.

Voor het nieuwe Haagse gemeentebestuur - dat na de verkiezingen van afgelopen woensdag gevormd gaat worden - dient zich een mooi moment aan om krachtig aan de rem te trekken. Patatplaats Scheveningen is al sinds de jaren tachtig verloren, maar kan hopelijk als kwaadaardig gezwel ingekapseld blijven. Schaf in het nieuwe college van B&W de portefeuille citymarketing onmiddellijk af. Laat de ambtenaren zich weer louter met terrasjes en sluitingstijden van de horeca bemoeien in plaats van als gekken over de wereldbol te vliegen om The Hague te promoten. Zet een krachtige rem op nieuwe hotels en de mogelijkheden voor Airbnb. En stop voor alles met dat heilloze instituut Den Haag Marketing; steek er in elk geval geen euro gemeenschapsgeld meer in. Bij Parkpop, de Pasar Malam Tong Tong, Prinsjesdag en Vlaggetjesdag (met z’n Hollandse Nieuwe uit Deense koelhuizen) ontvangen we alle dagjesmensen allerhartelijkst. Maar laat de rest van het jaar de schoonheid en aantrekkelijkheid van Den Haag gewoon ons geheim blijven.