Slechts vijf sneltesten voor corona zijn door de overheid goedgekeurd, waaronder die van fabrikant Abbott. Deze test voldoet niet aan de officiële eisen. Toch heeft het ministerie van VWS er miljoenen setjes van aangeschaft voor de GGD’en, bovendien zonder aanbesteding. Fabrikanten met kwalitatief betere testen worden van de markt geweerd. Dat is in strijd met het Europees recht, stelt hoogleraar Pieter Kuypers tegenover Follow the Money.

De miljoenen sneltesten van de Amerikaanse fabrikant Abbott die nu worden gebruikt in de GGD-teststraten, voldoen niet aan de kwaliteitsnorm die de overheid zelf stelt. Ze hebben een lagere gevoeligheid dan het RIVM voorschrijft. Gevolg is dat meer besmette mensen een vals-negatieve uitslag krijgen dan het RIVM wenselijk acht. Niettemin adviseerde het RIVM begin november vorig jaar VWS deze ondermaatse testen aan te schaffen.

Viroloog Chantal Reusken van het RIVM ontkent dat de zogeheten antigeentest niet aan de norm voldeed toen het advies werd uitgebracht. Maar uit de RIVM-documentatie van 26 oktober blijkt dat de validatie van de Abbott-sneltest door het UMC Utrecht, die de basis vormde voor het advies, uitkwam op een ‘sensitiviteit’ van 72,6 procent - minder dan de vereiste 80 procent.