Het fietsgebruik in Den Haag is de afgelopen jaren flink toegenomen. Vooral de stroom fietsers naar het centrum en de treinstations groeit. Om dit in goede banen te leiden, investeert de gemeente in het verbeteren van fietspaden, kruispunten en fietsparkeerplekken in de stad. Zo zijn er bij 38 kruispunten haaientanden en kruisen aangebracht, is de opstelcapaciteit voor fietsers bij kruispunten vergroot en krijgen fietsers meer groen licht. Dit meldt wethouder Tom de Bruijn (D66; Verkeer).

Bij grote fietsdrukte kunnen rijen wachtende fietsers voor een verkeerslicht de doorgang blokkeren voor andere fietsers. Dit is een grote ergernis. Uit Haags onderzoek blijkt dat het aanbrengen van kruisen of haaientanden op de weg fietsers stimuleert een kruispunt vrij te houden waardoor andere fietsers beter kunnen passeren. Daarom is op 38 kruispunten de belijning hierop aangepast. Ook maken haaientanden het voor de fietsers duidelijker wie er voorrang heeft. In nieuwe ontwerpen worden kruisen en haaientanden nu standaard toegepast bij kruispunten met verkeerslichten.

Het vlot, snel en veilig door kunnen fietsen bij verkeerslichten is belangrijk om de verdere groei van de fiets te kunnen stimuleren. Daarom zijn op meerdere kruispunten wijzigingen aangebracht aan de instelling van de verkeerslichten. Een voorbeeld hiervan is het kruispunt Bezuidenhoutseweg-Prins Clauslaan. Hier krijgen fietsers in iedere cyclus van de verkeerslichtenregeling twee keer groen, in plaats van één keer. Dat verkort de wachttijd enorm.

Op veel kruispunten is door een paar kleine maatregelen de doorstroming van het fietsverkeer te bevorderen. “De gemeente Amsterdam heeft hier al ervaring mee opgedaan en ook in Den Haag gaan we hiermee starten. Er worden in 2018 drie kruispunten aangepast met meer ruimte voor de fiets. Zo worden de verkeerseilandjes verwijderd, de fietsoversteken worden een meter breder gemaakt, de wegmarkeringen worden aangepast en bij fietsoversteken wordt asfalt tegen asfalt aangelegd, mits de waterafvoer dat toelaat,” aldus De Bruijn.