De gezamenlijke aanpak met alle partners in het bestrijden van huiselijk geweld werpt zijn vruchten af. Gezinnen waar geweld en kindermishandeling spelen kunnen steeds beter worden geholpen. Maar reden voor euforie is er niet. Elk gezin waar geweld voorkomt, is er één te veel, zo stelt wethouder Kavita Parbhudayal in reactie op de resultaten van een onderzoek naar de aanpak van huiselijk geweld. Volgens het Verwey-Jonker Instituut, dat 576 Haagse gezinnen onderzocht, blijkt dat professionele hulp bij partnergeweld en kindermishandeling leidt tot concrete en gunstige resultaten.  

Volgens de onderzoekers van het donderdag gepresenteerde rapport nam niet alleen de frequentie van geweld en mishandeling substantieel af, bij 30 procent van de gezinnen stopte het geweld helemaal. Het welzijnsniveau van ouders en kinderen nam zelfs vrijwel toe tot het niveau dat geldt voor de Nederlandse bevolking als geheel. Het onderzoek wijst uit dat de persoonlijke band met de hulpverlener in grote mate bepalend is voor de tevredenheid bij de ondervraagden. Het gaat daarbij om serieus te worden genomen en met respect te worden benaderd.

Parbhudayal ziet de uitkomsten van het onderzoek niet alleen als een steun in de rug voor Veilig Thuis Haaglanden. De uitkomsten van dit onderzoek sterken ons in onze aanpak en daarnaast zien we aanknopingspunten voor verdere verbetering, laat zij in een reactie weten.

Prof. dr. Majone Steketee, wetenschappelijk directeur van het Verwey-Jonker Instituut, denkt dat er een positief antwoord te geven is op de vraag die in de titel van het rapport ‘Kwestie van een lange adem: kan huiselijk geweld en kindermishandeling echt stoppen?’.  Zij waarschuwt er wel voor dat huiselijk geweld is een uiterst complex probleem. Niet alleen zijn er meerdere soorten geweld, fysiek en geestelijk bijvoorbeeld en vergt dat steeds een andere aanpak, ook is geen gezin hetzelfde. "Om gezinnen uit de vicieuze cirkel van geweld te halen zijn maatwerk en een integrale aanpak nodig."

Bij meldingen bij Veilig Thuis gaat het vaak om veelvuldige en ernstige vormen van kindermishandeling. Meer dan 90 procent heeft te maken met mishandeling, verwaarlozing of geweld tussen hun ouders. In gemiddeld 74 incidenten per jaar is er veel geweld tussen (ex)partners onderling. Partnergeweld zoals fysiek geweld (slaan, schoppen, krabben, bijten, verwondingen), psychisch geweld (vernederen, uitschelden, dreigementen uiten) en seksueel geweld komt in 90 procent van de gezinnen voor. Het geweld tegen vrouwen is frequenter en ernstiger dan het geweld tegen mannen. Bij de meeste gezinnen was sprake van zowel partnergeweld als direct geweld tegen kinderen (57%).

Het onderzoek maakt ook duidelijk dat het merendeel van de gezinnen te maken heeft met een opeenstapeling van problemen: armoede, werkloosheid, alcoholgebruik, opvoedstress, psychische stoornissen. Dit vraagt volgens de onderzoekers om een integrale aanpak, waarbij oog is voor de samenhang tussen de diverse vormen van kindermishandeling en huiselijk geweld, de aanwezige risicofactoren en de problematiek bij de verschillende gezinsleden.

Wethouder Parbhudayal herkent die samenhang, ook in de andere gemeenten in de regio. "Daarom werken we als regio Haaglanden met vele ketenpartners samen aan het tegengaan van huiselijk geweld. Dit onderzoek laat ondubbelzinnig zien dat veiligheid in een gezin de verantwoordelijkheid is van iedereen; en dat het inderdaad een kwestie van lange adem is. Dat betekent dat we daar allemaal, ieder vanuit zijn eigen rol, hard aan moeten blijven werken”.