Het college erkent dat het voorzieningenniveau in de gemeente optimaal moet zijn, en dat pinautomaten daar onderdeel van zijn, zo antwoordt het deze week op vragen van CDA-raadslid Pluimgraaff. Echter, zo stelt het, wanneer het om commerciële voorzieningen gaat zoals bij pinautomaten, betreft het een bedrijfseconomische afweging (in combinatie met een veiligheidsanalyse) van een private partij, 'waar wij als gemeente weinig invloed op hebben'.
Aanleiding tot de vragen van het raadslid was de sluiting van nog meer fysieke bankfilialen in de stad. Om de voorzieningen in de verschillende Haagse wijken, met vaak een wat ouder publiek, toch zoveel mogelijk op peil te houden, zegt de gemeente in gesprek te zijn met Geldmaat, accounthouders van banken zoals ING en Rabobank en eventuele andere commerciële aanbieders van pinautomaten.
Doel is om bij hen het maatschappelijk belang van voldoende pinautomaten onder de aandacht te brengen, alsmede om samen met de banken te zoeken naar oplossingen om het voorzieningenniveau van pinautomaten te waarborgen, zo geeft het college aan. Mocht het nodig zijn om met individuele banken te gaan praten, Pluimgraaff opperde gesprekken met de Volksbank, dat is de gemeente daar ook toe bereid.