Volgens fractievoorzitter Tahsin Centinkaya is er heel veel over het rapport van de Haagse Rekenkamer met betrekking tot de bouw van Amare te zeggen. Dat het opmerkelijk is dat het college het kritisiche rapport bij monde van wethouder Anne Mulder omarmt, of dat duidelijk is dat dit college niet naar behoren functioneert, of dat er geen garantie is dat alle relevante stukken nu boven water zijn.

Maar, eigenlijk houdt de voorman van Islam Democraten het bij de conclusie van de Rekenkamer zelf: “Bij de ontwikkeling en realisatie van het Onderwijs- en Cultuurcomplex heeft het college onvoldoende invulling gegeven aan de informatieplicht richting de gemeenteraad en aan de rol van opdrachtgever. De gemeenteraad is onvoldoende in staat gesteld om zich een helder beeld te kunnen vormen van de financiële gevolgen van het raadsbesluit voor de ontwikkeling en realisatie van het Onderwijs- en Cultuurcomplex. De kosten voor de ontwikkeling en realisatie waren bij de besluitvorming over het investeringskrediet in 2014 en bij de uitbreiding daarvan in 2018 in beide gevallen hoger dan waarvoor de gemeenteraad een investeringskrediet heeft verstrekt.”

Cetinkaya pleit daarom net als veel andere fracties voor meer inzicht in en toezicht van de raad op grote projecten. Ook hij constateert dat de raadsleden onvoldoende zicht heeft op grote projecten. "Dat zien we niet alleen bij Amare, maar ook bij een aantal andere grote projecten. Zoals het verkopen van grond aan VolkerWessels voor een schijntje van de prijs. Dat moet nu echt veranderen."

De fractievoorzitter wijst er op dat het bestuur van Den Haag al lange tijd geplaagd wordt door schandalen. "Integriteit en transparantie blijkt wederom moeilijk te waarborgen en de inwoners betalen letterlijk de rekening hiervan. ID pleit voor een integer én bekwaam bestuur."