Den Haag is als zogenoemde centrumgemeente verantwoordelijk voor de opvang van daklozen uit de randgemeenten Zoetermeer, Leidschendam-Voorburg, Rijswijk en Wassenaar. Het is dan ook niet vreemd dat de gemeente Zoetermeer daklozen met een tramkaartje naar Den Haag stuurt.

Dat blijkt uit antwoorden van wethouder Van Alphen op vragen van raadslid Roopram. Zij reageerde op een artikel in het AD waarin het Zoetermeerse college aangaf daklozen naar Den Haag te sturen 'omdat ze daar goed worden geholpen'. 

Volgens Van Alphen is dat dus gewoon volgens de afspraken, en krijgt Den Haag daar ook vanuit het Rijk vergoedingen voor. Mensen die worden doorgestuurd vanuit de betrokken randgemeenten naar het daklozenlokket, worden hier geregistreerd, kunnen een zorgpas aanvragen en kunnen zich aanmelden voor een plek in de nachtopvang, zo laat Van Alphen het Hart voor Den Haag/Groep de Mos-raadslid weten.

Hij geeft Roopram ook aan dat er geregeld overleg is met de betrokken gemeenten en het Rijk en de provincie om te kijken of er een meer evenwichtige verdeling van daklozen kan komen. Want hoewel er het afgelopen jaar in Den Haag hard is gewerkt om extra opvangplekken en kwalitatief betere opvang te regelen, 'neemt het aantal daklozen toe en is de uitstroom uit de opvang door het gebrek aan passende betaalbare woningen zeer beperkt. Hierdoor raakt de maatschappelijke opvang verder verstopt en hebben we helaas te maken met een wachtlijst', aldus Van Alphen.

Van de 3800 mensen die zich vorig jaar hebben aangemeld bij het daklozenloket, kwamen er 335 uit de regiogemeenten, zo stelt de wethouder. Het grootste deel kwam uit Zoetermeer, 157, uit Leidschendam-Voorburg kwamen er 93 daklozen aan het Haagse loket, uit Rijswijk 71 en uit Wassenaar 14.