Twee Haagse zussen hebben ieder een schadevergoeding van 5.000 euro gekregen van Jeugdbescherming omdat ze in hun jeugd onvoldoende zijn beschermd tegen fysieke en geestelijke mishandeling door hun ouders. Het gezin had na een reeks noodkreten in zowel 2011 als in de periode 2018-2020 medewerkers van de organisatie Jeugdbescherming west over de vloer. Maar die wisten het geweld niet te stoppen.

Voor zover bekend is het de eerste keer dat een jeugdbeschermingsorganisatie slachtoffers van kindermishandeling om deze reden financieel tegemoetkomt. Gemeenteraadslid Rita Verdonk van Hart voor Den Haag vindt dat ook de gemeente Den Haag excuses moet aanbieden aan de mishandelde Haagse zussen. "Beide jonge vrouwen hebben genoeg geleden door het falen van Jeugdbescherming west en Veilig Thuis; tijd voor het college om haar morele verantwoordelijkheid in te vullen."

"De jeugd van de twee zussen is door de mishandelingen van hun ouders ellendig geweest. Jeugdbescherming west en Veilig Thuis hebben hierbij ernstig gefaald. Hoewel beide overheidsorganisaties op de hoogte waren van de situatie hebben zij de jonge vrouwen niet de bescherming geboden die ze moesten bieden. De Jeugdbescherming heeft niets gedaan met de vele meldingen die er zijn geweest over de mishandelingen en Veilig Thuis heeft de effectiviteit van de geboden hulp nooit gecontroleerd. Wat zullen de - toen nog - kinderen zich machteloos en verlaten hebben gevoeld."

Verdonk wil dat het college het handelen van genoemde organisaties ernstig veroordeelt en haar morele verantwoordelijkheid neemt om overige schade die de overheid de meisjes heeft aangedaan te compenseren.