Strandtenthouders die gebruik willen maken van de mogelijkheid hun paviljoen onder voorwaarden éénmalig te laten 'overwinteren', dus geen afbouw dit jaar en opbouw volgend seizoen, moeten daarvoor wel een vergunning aanvragen bij het Hoogheemraadschap van Delfland. Dat laat een woordvoerster van Delfland desgevraagd weten.

Het hoogheemraadschap heeft sinds de bekendmaking door minister Ollogren van BZK de overwintering éénmalig toe te staan, overleg gevoerd met Rijkswaterstaat, andere kustwaterschappen en de strandtenthouders om daar een passende invulling aan te geven. Want waar de strandtenthouders zoveel mogelijk willen laten staan voor volgend seizoen, 'staat voor ons de waterveiligheid voorop'.

Uitgangspunt voor het hoogheemraadschap is dat de duinen die inwoners en hun bezittingen beschermen tegen de zee, het benodigde beschermingsniveau moeten blijven geven. "Daarom hebben we een aantal regels afgesproken. Wat op het strand mag blijven staan, komt in hoofdzaak neer op het hoofdgebouw", aldus de woordvoerster. Ook terrasvloerdelen en windschermen zijn echter onder bepaalde voorwaarden toegestaan. Wel is het zo dat eventuele schade die de materialen veroorzaken aan de kust, 'voor risico en rekening van de eigenaar van het paviljoen zijn'.

Om het proces van aanvragen en verlenen van de vereiste vergunning soepel en snel te laten verlopen, is het hoogheemraadschap de afgelopen week al langs geweest voor advies bij de strandtenthouders die al hebben aangegeven te willen overwinteren. "De vergunning voor alle strandtenthouders die aan de regels voldoen voor eenmalig overwinteren ligt klaar", geeft de woordvoerster aan.