Ook het college van B&W in Den Haag is nu officieel gevraagd om een standpunt in te nemen in de kwestie van de Turkse weekendscholen in Nederland, waarvan de Turkse president Erdogan de financiering voor zijn rekening wil nemen. Raadslid Nino Davituliani (foto) heeft er vragen over gesteld.

In sommige steden van ons land heeft dit voornemen tot grote ophef geleid, met name in Rotterdam. Daar werden al eerder politieke vragen gesteld. Te meer omdat de in Rotterdam wonende D66-minister Koolmees geen bezwaren had tegen deze bijlessen in taal, geschiedenis en cultuur.

Zelfs de omstreden misdaadverslaggever Peter R. de Vries vond dat er niet zo gezeurd moest worden, omdat het voor de tienduizenden Nederlanders die in het buitenland wonen gebruikelijk is dat hun kinderen les in de Nederlandse taal krijgen.

Het Haagse raadslid Nino Davituliani van Groep de Mos/Hart voor Den Haag wil nu ook hom of kuit van het college. Ten eerste of die scholen in Den Haag al bestaan en of deze stad gebaat is bij dit soort extra onderwijs? Het standpunt van de Groep de Mos is volgens Davituliani dat de komst van dit soort scholen de integratie tegenwerkt, aangezien deze primair gericht zijn op de Turkse- taal, identiteit en cultuur.